Wie Timme Koster voor de finale van de 110 meter horden op zondag 26 juni als kampioen had aangewezen, werd waarschijnlijk vreemd aangekeken. Toch flikte de 19-jarige atleet het, met niet alleen een persoonlijk record op de klokken, maar ook een tijd sneller dan zijn coach. Een man die op zoek is naar meer.
Kun je ons mee terugnemen naar de series en finale op zondag?
‘Ik ging met een goed gevoel de wedstrijd in. Ik voelde dat ik in vorm was tijdens de warming up en dit gaf vertrouwen. In de series had ik maar één doel: zonder risico de finale halen. Een goede tijd was nu niet belangrijk. Dit wist ik goed te doen en dus ging ik door naar de finale. Hier ging ik echter met een heel ander gevoel in. Remmen los en voluit risico nemen. Het veld is erg sterk dus dit is de enige manier om te winnen. Ik was best gespannen maar ik wist hieruit de benodigde goede energie te halen. De race verliep niet geheel vlekkeloos. ik raakte een paar hordes en ik raakte uit balans. Maar toen ik eenmaal door kreeg dat ik vooraan lag, wist ik de race zonder fouten uit te lopen.‘
Had je verwacht een persoonlijk record van 13.80 seconden te kunnen lopen en dertienvoudig kampioen Koen Smet te kunnen kloppen?
‘Ik had het wel verwacht. Vooral omdat de races in aanloop naar de NK nog niet helemaal soepel gingen (achtereenvolgens 14.37, 14.00, 14.15 en 13.89, red.) wist ik dat ik een stuk harder kon. Ik denk zelfs dat ik dit jaar nog wel harder dan 13.80 kan lopen. Maar natuurlijk ben ik superblij met deze tijd. Toen ik over de finish kwam en mijn naam hoorde, voelde ik me natuurlijk top! Alle zenuwen en stress van de weken ervoor zijn dan voorbij.‘
Hoe verklaar je je progressie en topvorm van dit moment?
’Ik heb de progressie te danken aan Sven Ootjers en Dick Waasdorp, mijn trainers. We hadden een goed schema ter voorbereiding gemaakt en hebben hierdoor goed kunnen trainen. Wat ook invloed heeft gehad is de sfeer op de trainingen. Hierdoor heb ik altijd plezier tijdens het trainen. Dus ik heb het te danken aan mijn trainingsgroep.’
Kun je wat vertellen over je trainingssituatie? En wat doet je naast het hordelopen?
‘Ik train bij AV Trias in Heiloo onder leiding van Sven. Hier ben ik vier à vijf dagen per week. Op donderdag train ik met de andere hordelopers op Papendal. Thuis in Heiloo train ik in een hele leuke groep met onder andere Lisanne de Witte, Jamile Samuel en Maarten Emmaneel. Naast trainen studeer ik Creative Business in Haarlem en ben ik filmmaker. Ik vind het belangrijk naast atletiek genoeg te blijven doen om zo mijn sociale leven buiten de sport te onderhouden.’
‘Hordelopen is niet zo voorspelbaar als veel andere onderdelen, want bij dit onderdeel kan ook de favoriet fouten maken.’
Je trainer Sven, meervoudig Nederlands kampioen op de horden en meerkamp en medaillewinnaar op de horden, traint verschillende atleten op hoog niveau. Wat maakt hem zo’n goede coach voor je?
‘Sven gaat heel persoonlijk met je te werk. Hij weet goed dat er niet één juiste manier in hoe je moet trainen, dus hij zoekt de manier die het beste bij jou past. Hierdoor vind ik mijn trainingssituatie bij Sven heel chill. Ik leer ook veel van hem over de mentale kant van de sport. Hij kent mij super goed dus weet mij altijd in de juiste mindset te krijgen voor een wedstrijd. Dit kan hij goed omdat hij vroeger zelf ook topatleet is geweest (met een PR van 13.81, red.).’
Wat vind je zo mooi aan de 110 meter horden?
’Ik vind de horden het spectaculairste onderdeel. Het gaat snel en er kan van alles gebeuren. Het is niet zo voorspelbaar als veel andere onderdelen, want bij het hordelopen kan ook de favoriet fouten maken. Mijn sterke punt is het laatste deel van de race. Ik ben groot en dus een relatief trage starter, maar hierdoor kan ik wel makkelijker snelheid maken over de hordes en dit lang vasthouden. Ik kan nog werken aan mijn start en lenigheid. Maar ik heb het gevoel dat er nog veel verbetering in zit.’
Hoe gaat dit jaar er verder voor je uit zien? Denk je dat de EK en Spelen mogelijk zijn?
‘De eerstvolgende wedstrijd op mijn planning is de Guldensporenmeeting in Kortrijk (België) zaterdag 9 juli. Hier hoop ik weer een beetje van mijn PR af te halen. Verder zal ik nog meer wedstrijden gaan doen in het buitenland om zo veel mogelijk te lopen, ervaring op te doen en mij misschien wel te plaatsen voor een toernooi. De EK-limiet (13.50) is nog ver weg, maar ik blijf denken dat het mogelijk moet zijn. Vorig jaar ging ik bij de junioren ook ineens van 13.79 naar 13.48. Of de Spelen in 2024 mogelijk zijn? Dat vind ik moeilijk om te zeggen. Als ik dezelfde progressie aanhoud de komende tijd en veel plezier in het hordelopen blijf hebben, denk ik van wel!’
Al eerder voorspelden we dat de innovatieve Novablast hardloopschoen van ASICS een schot in de roos was. De Novablast is een succes, met name onder de nieuwe ASICS lopers. Waar de ASICS gel Kayano en de ASICS Nimbus een vaste kopersgroep had, zien we nu ook steeds meer lopers op deze nieuwe Novablast. ASICS komt nu met de tweede editie, de Novablast 2. Een stabielere versie van zijn voorganger.
Wat is er nieuw?
Net als de eerste Novablast, is deze update heerlijk comfortabel. We vinden de schoen uitermate geschikt op dagen dat je even wat demping kunt gebruiken en als je vaak traint, komt dat best vaak voor. Even wat minder schokbelasting op je kuiten, je benen, maar toch niet het gevoel dat je wegzakt. De schoenen zijn net als de voorganger lekker ‘bouncy’.
De ASICS Novablast 2 voelen licht aan de voeten, ondanks dat het gewicht iets hoger is dan de voorganger. Nog steeds ligt, de ASICS Novablast 2 weegt net iets minder dan 280 gram. Ze hebben een gemiddelde en voor een breed publiek geschikte hoogte (30 mm hiel) en een gemiddelde drop van 8 mm, iets lager dus, vergeleken met de 10 mm van de vorige versie. De schoen is geschikt voor neutrale lopers. (voor niet neutrale lopers adviseren we de ASICS Kayano)
Stbiliteit
Hoewel wij zelf geen problemen ervaarden met de stabiliteit van de vorige Novablast, is dit voor de ontwikkelaars wel het belangrijkste punt van verbetering geweest. Als er kritieken waren op de eerste relaesh ging het met name over de stabieliteit. De nieuwe hielstabilisator in de Novablast 2 is daarom ontworpen om de ondersteuning te verbeteren en tegelijkertijd soepeler te kunnen lopen. Het verstevigde tongvleugelsysteem verbetert de pasvorm van de middenvoet en zorgt ervoor dat de tong niet verschuift en je beter gepositioneerd in je schoen blijft tijdens het lopen. Het bovenwerk van deze schoen is uitgevoerd met het dubbel ontworpen Jacquard-mesh, wat uitstekend comfort en ondersteuning biedt.
Kortom; de Asics Novablast 2 behoudt de bijzondere combinatie tussen een excellente demping èn veerkracht, is nog steeds vrij licht en is verbeterd op gebied van stabiliteit. Een aanrader voor de duurlopen van alle neutrale lopers.
Het vinden van het juiste gaatje en haar sterke eindschot leverde Anne Knijnenburg afgelopen weekend de Nederlandse titel op de 800 meter op. Eerder verbeterde de 20-jarige atlete haar persoonlijke records al op de middellange afstanden en meer progressie lonkt. Beloningen na maanden vol struggles, waarin ze zelfs twijfelde te stoppen met hardlopen.
‘In januari kreeg ik corona, waar ik erg ziek van werd’, begint Knijnenburg over haar weg naar de NK. ‘Ik heb een lange tijd last gehad van flinke vermoeidheidsklachten. Hierdoor kon ik geen indoorseizoen draaien. Toen ik eindelijk weer wat normale trainingen kon oppakken, kwam ik eind februari achter een stressfractuur in de binnenkant van mijn enkel. Ik heb ruim twee maanden niet hardgelopen en heb zelfs op het punt gestaan om weer terug te gaan naar de triathlon of het wielrennen weer op te pakken. Gelukkig kon ik eind april weer beginnen met hardlopen. Ik had in die tijd echt niet gedacht dat ik überhaupt nog een fatsoenlijk outdoorseizoen zou kunnen draaien, maar ik reageerde goed op de trainingsprikkels en maakte als snel flinke stappen. We besloten op een gegeven moment toch maar gewoon om te proberen wat wedstrijden te gaan lopen en dit pakte boven verwachting goed uit. Vraag me niet hoe het kan, maar ondanks de korte trainingsperiode voel ik me nu fitter dan ooit.’ Knijnenburg en haar trainer Theo Joosten wisten dat ze de vorm had om de titel te kunnen pakken en dat was ook het doel waarmee de 800-meterloopster naar Apeldoorn ging.
‘Ik ben niet zo van het stellen van specifieke doelen qua tijden. Dan limiteer je jezelf ook.’
Zenuwslopend NK
Terug dus naar de Nederlandse kampioenschappen in Apeldoorn, met de series (24 juni) en de finale (25 juni) op het programma. Voor de series was de atlete van Nijmegen Atletiek al vrij gespannen, wat achteraf niet erg nodig was. Anne Knijnenburg werd tweede met een grote Q en plaatste zich eenvoudig voor de finale. Over de finaledag zegt Knijnenburg: ‘Ik stond deze dag op met een stuk betere benen’, blikt ze terug. ‘De series waren echt een soort wake up call. Ik merkte tijdens de warming up dat ik erg zenuwachtig was. Zo zenuwachtig was ik zelden geweest.’ Maar toen het startschot van de 800-meterfinale viel, vielen de zenuwen van haar schouders. ‘Ik startte vanuit baan drie, wat ervoor zorgde dat ik 700 meter lang ingesloten heb gezeten. De eerste ronde ging erg langzaam, daarna ging het tempo beetje bij beetje omhoog. Met nog 300 meter te gaan voelde ik mij erg sterk, maar ik zat nog steeds ingesloten en ik kon geen kant op. Het enige wat ik kan doen was kalm blijven en hopen dat er ergens een gaatje zou komen. Met nog 100 meter te gaan zag ik een klein gaatje waar ik meteen in dook. Vanaf dat moment was het sprinten voor de winst.’ Het moment dat ze als eerste over de finish zou komen, heeft zich in de week voorafgaand aan de NK constant in haar hoofd afgespeeld. De titel wilde zo zo graag, voor haarzelf en haar team. Een ultieme bevestiging dat ze weer op de goede weg zit. ‘Deze titel betekent voor mij dan echt de afsluiting van een moeilijke tijd en de start van een nieuw hoofdstuk. Het voelde voor mij alsof ik deze titel aan mijzelf en mijn team verschuldigd was voor al het harde werk van de afgelopen twee maanden.’
Ongeloof en blijdschap op het gezicht van Knijnenburg na het winnen van de Nederlandse titel op de 800 meter.
Belastbaarheid
Hoewel ze bij Nijmegen Atletiek de meeste rondjes afwerkt, doet ze al haar krachttrainingen bij AV Oss. Twee keer per week zijn die verwerkt in haar schema en soms doet ze daar ook een baanprogramma. Twee dagen zijn ingevuld met baantrainingen in Nijmegen, die ze onder andere met Hidde Leenders en Sjoerd Weijers afwerkt. ‘Zij kunnen mij goed ondersteunen in trainingen, maar ik train ook veel alleen. Dan doe ik een tresholdtraining of duurloopjes, waarmee ik mijn week aanvul. Naast het sporten ben ik nog druk bezig met de studie Sportkunde en binnenkort hoop ik mijn eigen onderneming te starten. Leefstijlcoaching of hardloopcoaching, iets in die trant.’ Op sportgebied heeft ze al veel geleerd, vooral over zwakke plekken door haar blessures en andere tegenslagen. De meervoudig Nederlands kampioene bij de junioren én senioren weet dat het belangrijk is je lichaam gezond te houden. ‘Qua trainingen is less soms echt more. Ik denk dat mijn grootste zwakke plek mijn belastbaarheid is. Ik wil natuurlijk nog flinke stappen zetten, maar daarvoor moet ik ook stappen zetten in training. Dit kan alleen wanneer mijn lichaam dit ook aankan. Een goede balans tussen rust en training is essentieel.’
Knijnenburg is pas 20 jaar, maar heeft ook al de Nederlandse indoortitel op de 1500 meter (2021) op zak. Vaak is ze in de winter wat beter op het aërobe gebied, dus de 1500 meter op nationaal niveau was een uitstapje. Toch vindt ze het leuk om af en toe een andere afstand te lopen. ‘Maar toch kom ik elk jaar weer uit bij de 800 meter. Voor nu is dat zeker mijn favoriet.’ Op die afstand heeft ze al 2:04,10 staan, die ze vorige maand in Nijmegen liep. In het Belgische Heusden wil ze aanstaande zaterdag nog harder, tijdens de Nacht van de Atletiek. Ze loopt daar voor het eerst in een internationaal hoofdprogramma. ‘Daarna ga ik even wat gas terug nemen en mij focussen op wat goede trainingsweken. Vervolgens ga ik wellicht een keer proberen om mijn tijd op de 1500 meter nog wat aan te scherpen.’
Vorig jaar mocht ze al in het oranje uitkomen tijdens de EK onder 20 jaar op zowel baan als cross. Dat beviel haar goed (finale en vierde plaats met team) en dus hoopt ze nog vaker in het Nederlandse tenue te starten. ‘Ik heb al een aantal mooie toernooien mogen lopen, maar ik denk dat iedere atleet toch wel droomt van de Spelen? Ik in ieder geval wel hoor. Mijn doel is zeker om op het hoogste niveau mee te kunnen draaien en ik zal er alles aan doen om dat in de komende jaren waar te kunnen maken. Ik ben niet zo van het stellen van specifieke doelen qua tijden. Dan limiteer je jezelf ook. Het is elke race gewoon weer zo hard mogelijk lopen en kijken waar het schip strand.’ En wat betreft die magische barrière op de 800 meter? Ik hoop natuurlijk wel zo dicht mogelijk tegen die twee minuten te gaan lopen.’
Met vijf internationale toernooien staat atletiekminnend Nederland aan de vooravond van een bomvolle atletiekzomer. De ASICS NK Atletiek op 24, 25 en 26 juni zal één van de laatste momenten zijn om de Nederlands top nog in actie te zien voor onder andere de WK en EK Atletiek. Wie kroont zich tot Nederlands kampioen en wie grijpt op de valreep nog een ticket voor de WK in Oregon? De ASICS NK Atletiek bieden ook een goede kans om punten te verzamelen voor de World Ranking en daarmee kwalificatie af te dwingen voor de internationale toernooien.
400 meter horden: Nick Smidt (WK-limiet in series) & Cathelijn Peeters
3000 meter steeple: Tsega Kifle & Veerle Bakker
5000 meter: Richard Douma & Diane van Es
Zevenkamp: Sofie Dokter
Tienkamp: Sven Roosen
’Hier afscheid nemen, waar ik begon, is onbeschrijfelijk. Ik heb scores gezien die ik nog nooit zag, maar het was heel bijzonder.’
Eelco Sintnicolaas na het voltooien van zijn laatste tienkamp, voor het thuispubliek bij AV ‘34 in Apeldoorn, waarna hij afscheid nam en het Lidmaatschap van Verdienste uitgereikt kreeg.
’Ik ben heel blij met twee goede races en natuurlijk de titel. In aanloop naar de WK moet ik vooral nog sneller worden tussen de laatste hordes. Dan is het vooral een kwestie van uitrusten en scherp blijven.’
Nadine Visser na haar gouden 100 meter horden en kampioenschapsrecord (12.77 seconden)
‘Ik ben heel blij met mijn race. Mijn snelheid voor de 400 meter horden zit goed. Ik ben blij dat ik dit op de 200 meter nu ook op papier zie.’
Femke Bol over haar zilveren race op de 200 meter, nadat ze in de halve finale de EK-limiet liep.
AV’34 organiseert voor de tweede keer in haar geschiedenis de Nederlandse kampioenschappen outdoor. De accommodatie in het Orderbos wordt voor deze gelegenheid compleet omgebouwd tot atletiekstadion met 1500 zitplaatsen en een foodcourt. Dat wil je toch niet missen? We lichten een aantal onderdelen uit.
Op de vrijdagavond zien we de Nederlandse sprinttop in actie op de 100 meter. Bij de mannen heeft Joris van Gool de beste papieren. Dit seizoen is er nog niemand sneller geweest dan zijn tijd van 10,28 seconden. Toch is het geen uitgemaakte zaak dat Van Gool de titel gaat pakken. Elvis Afrifa is dit seizoen bezig aan een bewonderenswaardige opmars. Zijn persoonlijk record staat nu op 10,35 seconden, maar kan het nog harder? Ook SolomonBockarie, XaviMo-Ajok en ChurandyMartina behoren tot de kanshebbers.
Dafne Schippers is weer terug! Na een slepende blessure aan haar rug probeert ze haar topvorm weer te vinden. Gaat het haar lukken om zich te kwalificeren voor de WK Atletiek? De limiet staat op 11,15 seconden. Precies gelijk aan haar beste tijd van vorig seizoen. En wat kunnen Jamile Samuel, Leonie van Vliet, NaomiSedney en de Apeldoornse thuisfavoriet Marije van Hunenstijn? De strijd om de podiumplekken zal ongelofelijk spannend zijn.
400 meter: series en halve finales vrijdag vanaf 15:00 uur, finale zondag vanaf 17:25 uur
De concurrentie op de 400 meter is de afgelopen jaren moordend. Het gaat daarom niet alleen om de individuele prijzen, maar ook om het bemachtigen van een plek in het 4×400 meter estafetteteam. Bij de mannen lijkt LiemarvinBonevacia de onbetwiste nummer één, maar Tony van Diepen rijgt dit seizoen toptijden op de 800 meter aaneen. Wat kan kan hij op de helft van deze afstand? Ook Terrence Agard, Ramsey Angela, Isayah Boers en Jochem Dobber moeten niet uitgevlakt worden. Kunnen zij zorgen voor een verrassing?
Lieke Klaver en Femke Bol zullen dit weekend niet in actie komen op de 400 meter. Zij kiezen voor de 200 meter. Dit lijkt de weg vrij te maken voor andere dames. Eveline Saalberg bijvoorbeeld. Zij kwam dit jaar al tot meerdere 51’ers op de 400 meter. De vraag is of Eveline wel deelneemt op de 400 meter. Ze staat namelijk ook op de lijst voor de 200 meter. Lisanne de Witte heeft een stroeve aanloop van het seizoen gehad: een hersenschudding door een ongeluk in het krachthonk. Gaat het haar lukken atleten als Andrea Bouma, Laura de Witte en Hanneke Oosterwegel voor te blijven?
Head-2-head op de 110 en 100 meter horden
110/100 meter horden: zondag vanaf 14:00 uur
Zowel bij de mannen als bij de vrouwen lijkt het een duel te gaan worden. Bij de mannen gaat het om KoenSmet en Liam van derSchaaf. Zij hebben bij uitstek de beste papieren om er met de winst van door te gaan. Koen Smet is regerend kampioen. Hij won vorig jaar met twee tiende verschil op Liam van der Schaaf. Het lijkt dit jaar een stuk spannender te gaan worden. Liam heeft dit seizoen in een onderling duel al gewonnen van Koen. Op wie zet jij in?
Ook een mooi affiche bij de dames: Nadine Visser tegen Zoë Sedney. Vrouwen die allebei niet misstaan tussen de wereldtop. Sterker nog, Zoë Sedney liep indoor de WK-finale en Nadine Visser werd in Tokio vijfde. Nadine heeft het eerste gedeelte van het seizoen gemist door een hamstringblessure, maar lijkt op tijd fit voor de NK, WK en EK. Zoë moet zich nog plaatsen voor de WK (limiet is 12,84 sec.), maar plaatsen op basis van de World Ranking is ook een mogelijkheid. Extra punten als Nederlands kampioen kan ze dus goed gebruiken.
Op de 400 meter horden lijken Nick Smidt en Cathlijn Peeters de favorieten. Series vrijdag vanaf 18:55. Finales zaterdag vanaf 14:55.
Spannende middellange afstand finales
800 meter: series vrijdag vanaf 17:30 uur, finale zaterdag vanaf 15:05 uur
Bij afwezigheid van Tony van Diepen en de geblesseerde Samuel Chapple, lijkt Djoao Lobles op papier de favoriet voor de titel op de 800 meter bij de mannen. Lobles kwam dit seizoen al tot een tijd 1:45,66 minuten. Goed voor de elfde Nederlandse tijd allertijden en de limiet voor de EK Atletiek in München. Van regerend kampioen MaartenPlaum mag verwacht worden dat hij Lobles de nodige tegenstand kan bieden. Met elf deelnemers op de startlijst met een inschrijftijd onder de 1:50,00 minuten beloven ook de series al het nodige spektakel.
Marissa Damink liep dit seizoen met 2:02,38 minuten de snelste seizoenstijd op de 800 meter bij de vrouwen. Dat het met haar vorm wel goed zit bewees ze bij de Diamond League wedstrijd in Oslo waar ze, een week voor de NK, haar persoonlijk record op de 1500 meter aanscherpte. Vorig jaar was het Bregje Sloot die er met de titel vandoor ging. Sloot kwam dit outdoorseizoen echter nog niet in actie vanwege een blessure. Is ze op tijd fit om de strijd om te nationale titel aan te gaan? Suzanne Voorrips is al jaren van de partij in de nationale finales en zal ook dit jaar mikken op een podiumplaats. Ook Amina Maatoug, Anne Knijnenburg en de pas 17-jarige juniorenkampioene Celine van Heerikhuize kunnen op basis van hun prestaties dit seizoen worden aangeduid als medaillekandidaat.
1500 meter: series zaterdag vanaf 16:35 uur, finale zondag vanaf 15:00 uur
Mike Foppen kwam eerder deze maand bij de FBK Games tot 3:37,22 minuten. Daarmee staat hij bovenaan op de Nederlandse seizoensranglijst. Foppen staat ook ingeschreven voor de 5000 meter en het is dus nog even afwachten waar zijn focus dit weekend zal liggen. Concurrentie op de 1500 meter mogen we onder meer verwachten van Mahadi Abdi Ali en de gebroeders Rick en Robin van Riel.
Op papier lijkt het mogelijk om de 800 en 1500 meter te combineren. Dat is wellicht ook wat MarissaDamink dit weekend voor ogen heeft. Op beide afstanden maakt ze kans op de Nederlandse titel. Ook Maureen Koster heeft uitstekende papieren op de 1500 meter. Ze is met 4:08,77 minuten de snelste Nederlandse van dit seizoen en bewees haar vorm door een week voor de NK haar persoonlijk record op de 5000 meter aan te scherpen. Met een PR van 3:59,79 minuten op de 1500 meter uit 2015 is Koster, na Sifan Hassan, de enige Nederlandse die ooit onder de grens van de vier minuten wist te duiken. Outsider voor de titel zou Diane van Es kunnen zijn, trainingsmaatje van Koster en deelnemer op de Olympische Spelen in Tokio. Ze staat voor dezelfde keuze als Mike Foppen. Ook zij staat ingeschreven voor zowel de 1500 als de 5000 meter
Nederlands recordhouder tegen regerend kampioen
Polsstokhoogspringen: vrijdag vanaf 17:25 uur
Menno Vloon versus Rutger Koppelaar. Nederlands recordhouder versus regerend Nederlands kampioen. Menno Vloon heeft dit seizoen al 5,80 meter gesprongen en is daardoor gekwalificeerd voor de WK Atletiek. Rutger Koppelaar heeft een seizoensbeste prestatie staan van 5,70 meter en komt daarmee nog 5 centimeter tekort voor de limiet. De laatste keer dat de mannen het in een wedstrijd tegen elkaar hebben opgenomen was in Hengelo op 6 juni, tijdens de FBK Games. Toen trok Koppelaar aan het langste eind. Het lijkt erop dat de vorm van de dag zal bepalen wie er met de winst vandoor gaat.
Schilder on fire
Kogelstoten: zondag vanaf 16:05 uur
Jessica Schilder. Wie kent haar naam inmiddels niet? Schilder gooit dit seizoen hoge ogen in de mondiale top. Ze verbrak al vier keer het Nederlandse outdoorrecord. Op dit moment staat het nationale record op 19,46 meter. Maar of dat na de NK nog zo is, is zeer de vraag. Het lijkt een vanzelfsprekendheid dat Jessica de titel gaat pakken. Al zullen Benthe König en Alida van Daalen ongetwijfeld een poging doen om dat te voorkomen.
Talenten strijden voor de titels, afscheid Sintnicolaas
Meerkamp: zaterdag en zondag
Op zaterdag en zondag gaan de tien- en zevenkampers van start om, verspreid over twee dagen, te strijden om de titels. Bij de mannen staat Rik Taam niet aan de start, hij doet tijdens de NK een aantal losse onderdelen. Wel aan de start staan twee Sven’s: Roosen en Jansons. Gaat één van de twee er met de titel vandoor? En kunnen zij nog gaan voor de limiet voor de EK in München? Dan moeten zij 8100 punten scoren. Daarnaast zien we een bijzondere naam op de startlijst staan: Eelco Sintnicolaas. Hij neemt in zijn Apeldoorn afscheid van zijn geliefde tienkamp. Wat kan hij nog in zijn laatste meerkamp?
Ook de vrouwen beginnen op zaterdag aan de zevenkamp. Geen Anouk vetter en geen Emma Oosterwegel. Vetter heeft zichzelf van de deelnemerslijst gehaald. En Oosterwegel start, net als Rik Taam, op een aantal losse onderdelen. Wel aan de start staat Sofie Dokter uit het CTS GROUP Talententeam. In Götzis verbeterde Dokter op 6 van de 7 onderdelen haar persoonlijk record en behaalde zij een nieuw puntenrecord (6090 punten). Ook MarijkeEsselink passeerde dit seizoen voor het eerst de 6000 punten grens (6087). Wie van de twee kan wederom een 6000+ scoren en de titel binnenslepen?
Lang hebben we niets meer van Sifan Hassan gehoord. De koningin van de Nederlandse atletiek heeft fysiek en mentaal een lastige periode achter de rug, met veel media-aandacht na haar historische Olympische Spelen. Ze liep dit jaar nog geen enkele wedstrijd en de WK atletiek van juli zijn in zicht. Welke afstanden is ze van plan daar te lopen?
Update: Sifan Hassan loopt tijdens de WK de 5000 en 10.000 meter. Ze zal de Europese kampioenschappen laten schieten.
Onder begeleiding van haar coach Tim Rowberry werkt Sifan in het Amerikaanse Utah toe naar de wereldkampioenschappen atletiek, die op 15 juli van start gaan in Eugene. Omdat ze nog aan de vorm wilde werken, startte ze niet bij de FBK Games in Hengelo. Hoe fit is ze nu? ‘De trainingen gaan goed, maar ze heeft niet zo’n lang seizoen gehad als andere atleten’, laat de Amerikaan Rowberry weten. ‘Ik probeer haar op tijd in vorm te krijgen. Ze zal behoorlijk fit worden en we proberen de fitheid van andere atleten, die al erg goede resultaten laten zien, te evenaren. Ik hoop dat ze klaar zal zijn om nog een wedstrijd te lopen in de week voor de WK.’
Drie jaar geleden voltooide Sifan in Doha een haast onmogelijke dubbel door zowel de wereldtitel op de 10.000 meter als de 1500 meter op naam te schrijven. In 2015 won ze brons op de 1500 meter en twee jaar later pakte ze dezelfde medaille op de 5000 meter. Twee Olympische titels (5000 en 10.000 meter) en Olympisch brons (1500 meter) heeft ze al op zak. Maar Sifan zou Sifan niet zijn als ze niet ook nog de wereldtitel op de 5000 meter voor zichzelf wil opeisen. ‘Hoogstwaarschijnlijk gaat ze dubbelen, want de 5 kilometer vindt aan het eind van het toernooi plaats’, bekent haar coach. De jacht naar die nog ontbrekende wereldtitel begint woensdag 20 juli in de Nederlandse nacht, waarna zaterdagnacht 23 juli de finale gepland staat.
‘Hoogstwaarschijnlijk gaat ze dubbelen.’
Tim Rowberry over de WK-plannen van Sifan Hassan
Maar met welke afstand begint ze de WK in Oregon? Rowberry: ‘We zijn bezig met de laatste trainingen voor het toernooi. Daarop baseert ze de keuze voor de 1500 of de 10.000 meter.’ Dat ze in Amerika dus voor twee afstanden gaat, lijkt zeker. Eind augustus staan dan ook nog de Europese kampioenschappen plaats in München. Op de baan veroverde ze al goud op de 1500 meter (2014) en 5000 meter (2018), dus deelname op de 10.000 meter lijkt voor de hand liggend. ‘Omdat ze een late start van het seizoen heeft gehad, willen we niet in haast plannen maken voordat we zien hoe de wereldkampioenschappen verlopen. Normaal gesproken loopt ze geen EK.’
De dag na een marathon, een zware baantraining, krachttraining of tempo’s op de weg. Spierpijn. Iedereen heeft het wel eens en het is een teken dat je een forse inspanning hebt geleverd en er spiergroep(en) overbelast zijn. Is spierpijn een vorm van supercompensatie en word je er uiteindelijk juist sterker van? Is spierpijn juist goed of slecht en hoe ga je om met spierpijn?
Wat is spierpijn?
Na een intensieve training of wedstrijd, ongewone repeterende bewegingen of een nieuwe oefening kan er spierpijn optreden. Vroeger dachten we dat spierpijn een teveel aan lactaat en zuurstofoverschot in de spieren zou zijn. Nieuw onderzoek wijst echter uit dat het gaat om allemaal kleine scheurtjes in de spieren. Deze microscheurtjes zorgen voor het prikkende gevoel in de spieren.
Is spierpijn goed of slecht?
Spierpijn is een heel duidelijk teken dat je teveel hebt gedaan. Niet gelijk een ramp, maar wel een risico voor groter letsel. Zie spierpijn dus echt als waarschuwingssignaal en zorg ervoor dat je er geen chronische blessure of overtraindheid van maakt.
Spierpijn is niet een teken dat je goed getraind hebt. Met andere woorden, ook zonder (hevige) spierpijn kun je een uitstekend trainingseffect hebben bereikt. Sterker nog: als de microscheurtjes in je spieren te vaak of te heftig ontstaan, bestaat er een kans op onvoldoende herstel. De scheurtjes kunnen leiden tot grotere scheren of verrekkingen.
Herstellen van spierpijn
Vaak wordt gezegd dat spierpijn twee dagen na de inspanning het hoogtepunt heeft bereikt. Afhankelijk van de mate van spierpijn gaat de pijn vanzelf weg na 2 tot 5 dagen. Dit gaat niet vanzelf en kan worden versneld. Hoewel het aanlokkelijk is om met heftige spierpijn gewoon lekker op de bank te gaan liggen is dit niet het beste medicijn.
Ga hardlopen!
De spiergroep waar je spierpijn hebt moet je minder belasten, maar het is juist goed om juist de spieren die geen microscheurtjes hebben te gebruiken. Gewoon rustig hardlopen kan in veel gevallen prima, de doorbloeding wordt dan gestimuleerd. Ontstekingsproducten worden zo sneller afgevoerd via de lymfevaten. De mate van pijn is je graadmeter of het wel of niet verstandig is. Als hardlopen nog teveel pijn doet, pak dan gerust de fiets of spring het zwembad in voor wat baantjes. De impact van deze sporten op je (pijnlijke) spieren is flink minder dan tijdens het hardlopen.
(Zelf)massage!
Daarnaast adviseren we (zelf)massage bij spierpijn. Massage is het tegenmiddelvan spierpijn, want daardoor wordt de doorbloeding bevorderd en worden verharde plekken ook soepel gekneed. Het spierpijnachtige gevoel wat door massage ontstaat gaat meestal snel over.
De nieuwste wetenschappelijke onderzoeken laten zien dat ook foamrollers en massageguns bij spierpijn kunnen helpen. De reden is simpel, ze stimuleren de doorbloeding en daardoor ook de afvoer van ontstoken weefseldeeltjes. Het is dus goed als je na een zware belasting zorgt voor een goed herstel door over een foamroller te rollen (check hier heel veel makkelijke en effectieve oefeningen).
Heel veel rollen en doorrollen bij pijn gaat het herstel niet bevorderen trouwens. Ons advies? Gebruik de foamroller drie keer per week tot dagelijks. Per lichaamsdeel 1 à 3 minuten rollen is het advies.
Tip: rol bij het rollen na de belasting bij voorkeur langzaam over de spiergroepen. Voel de pijn goed aan, stop daar dan kort, adem diep in en zodra de druk afneemt rol je centimeter voor centimeter weer verder. Als je bij het rollen kleine verharde plekken aantreft, dan kun je deze ook nog heel gericht met de fasciabal BALL 08 of DUOBALL behandelen. Als deze verkleefde plekken in diepere of voor de rol moeilijk bereikbare weefsellagen voorkomen, dan kun je ze ook met de TRIGGER TOOLS behandelen. En wie nog wat extra’s wil doen, die neemt een fasciarol met vibratiekern, de BOOSTER, want deze verlicht aantoonbaar de pijnklachten nog meer.
Met de code PAINBOX krijg je 15% korting op alle handige Blackroll Painboxes!
Niet rekken!
Als je rekt, voel je de spierpijn juist extra. Veel mensen denk dat het goed is om voorzichtig de pijnlijke spiergroepen licht op te rekken. Maar dit is niet het geval. Het rekken van spiergroepen met spierpijn werkt contraproductief. Je zou namelijk door het rekken de kleine spierscheurtjes dieper kunnen maken.
Warmte
Spieren houden van warmte. Boek dus een vakantie naar de Caraïben of, misschien iets makkelijker, ga in een warm bad liggen. Wanneer je spieren 5 tot maximaal 20 minuten warm worden gemaakt, zal dit een positief effect hebben op de doorbloeding van je spieren.
Kun je spierpijn voorkomen?
Spierpijn helemaal voorkomen is lastig, maar je kunt de kans en de heftigheid van spierpijn wel flink reduceren. We hebben de belangrijkste tips voor je op een rijtje gezet:
Rol voor het sporten met een foamroller in
Rol na de belasting langzaam en met aandacht uit met BLACKROLL
Pauzeer bij pijn of loop uit na je training
Bij hevige pijn geen belasting van de spiergroepen met spierpijn
Warmte kan de pijn verlichten en de doorbloeding stimuleren
Drink veel om de stofwisseling en de ontslakking te ondersteunen
De artikel kwam tot stand in samenwerking met Blackroll. Onze partner voor herstel! Met de code BR_hardloopnetwerk_10 krijg 10 procent korting op het hele assortiment van BLACKROLL
De een geneert zich ervoor, de ander wordt wild van de dierlijke aroma’s in zweet. Hier kom je te weten waarom we zweten en hoe je als hardloper voorkomt dat je te veel lichaamswater of zouten verliest. Dat kan nu met een eenvoudige en betrouwbare test worden gecontroleerd. Het analysetoestel, de MX3 LAB, werd ontwikkeld voor bosbrandbestrijders in het warme Australië, maar wordt vandaag wereldwijd door steeds meer sporters gebruikt.
Geschreven door: Marc Geenen, Medisch auteur en Head of Science bij Perform2Achieve
Verdampen is cool
Als je zweet of transpireert, dan loos je lichaamsvocht via de twee tot vier miljoen zweetklieren in je huid. Vrouwen hebben gemiddeld meer van die kliertjes, maar die van mannen produceren meer zweet. Hoe dan ook gaat je lichaam harder zweten naarmate je door zonnestraling extra warmte opneemt of wanneer je zelf meer warmte genereert als gevolg van koorts of lichamelijke inspanning. Een centrum in de hersenen, de hypothalamus, registreert die stijgende lichaamstemperatuur en reageert daarop door je zweetproductie op te voeren. Het water in dat zweet verdampt op je huid. Dat onttrekt warmte aan je lichaamsoppervlak en de rest van je lijf. Je voelt de afkoeling van verdampend water ook als je uit een buitenzwembad komt.
Zweten speelt dus een belangrijke rol bij de thermoregulatie. Zweten is trouwens niet de enige strategie in het dierenrijk tegen oververhitting of hyperthermie. Zo hebben honden amper zweetklieren. Zij houden zich koel door snel te hijgen, met hun natte tong uit de bek. Paarden zweten dan weer veel meer dan wij, doordat ze veel meer spieren hebben en meer warmte produceren.
Soorten zweetklieren: over hyperthermie, seks en je unieke vingerafdruk
Zweetklieren heb je in twee soorten: de exocriene of eccriene zweetklieren en de apocriene zweetklieren. Het zijn de exocriene zweetklieren die voor thermoregulatie zorgen. Ze zitten zowat overal op het lichaam, met een dichtheid van enkele honderden kliertjes per vierkante centimeter. Via een dun kanaaltje komen ze uit in een huidporie. De druppeltjes die daar verschijnen, bestaan voor 99 procent uit water. Daarnaast bevatten ze zouten, ureum, ammonia, melkzuur en de ontsmettende stoffen orthocresol en paracresol.
De apocriene zweetklieren bevinden zich alleen in de oksels, het uitwendige oor en in de huid rond de anus, de geslachtsorganen en de tepels. Ze monden niet in poriën uit maar in haarzakjes en ontwikkelen zich pas vanaf de puberteit. Apocriene zweetklieren zijn groter dan exocriene en liggen dieper in de huid. Hun zweet is vetter en bevat naast zouten ook veel suikers en eiwitten. Evolutionair waren deze klieren in behaarde zones voordelig om sekssignalen uit te zenden en zo de voortplanting te bevorderen. Intussen probeert de moderne, hygiënische mens die bronstige luchtjes te onderdrukken. Ook de haren zelf moeten er steeds vaker aan geloven…
De samenstelling van het exocriene en apocriene zweet verschilt van mens tot mens. Zweet is even uniek als een vingerafdruk. En zweten doen we allemaal, maar niemand doet dat op dezelfde manier. We gaan er ook op andere manieren mee om. Sommige mensen laten gods water ongegeneerd om gods akker vloeien, terwijl andere de vlekken in hun kleren en hun zweetlucht verwensen. Als het naar buiten komt, ruikt zweet nochtans nergens naar. Pas op het huidoppervlak wordt het door bacteriën ingepalmd en ontstaat zweetlucht. Bacteriën gedijen extra goed op warme plekjes die niet goed geventileerd worden, zoals de oksels.
Te veel…
De hoeveelheid zweet die een mens produceert, varieert van 100 milliliter tot acht liter per etmaal. Die enorme variatie wordt vooral bepaald door het weer en het inspanningsniveau. Als je in de hitte sport of lichamelijke arbeid levert, dan kun je per uur ruim anderhalve liter vocht verliezen. Dat is allemaal nog normaal.
Zweet je abnormaal vaak of veel, dan heb je misschien hyperhidrose. Zo’n drie procent van de bevolking lijdt eraan. Hyperhidrose kan een gevolg zijn van koorts of een ernstiger lichamelijk probleem als diabetes of kanker. Ook bepaalde medicijnen en de hormonale veranderingen die optreden bij zwangerschap, stress of angst kunnen je overmatig doen zweten. Hyperhidrose kan het hele lichaam treffen, maar blijft vaak beperkt tot bepaalde zones. De gevolgen zijn bekend: okselvijvers, zweetvoeten, klamme handjes of een bepareld voorhoofd. Vaak proberen patiënten hun probleem te maskeren of te verbergen, onder meer door afstand te houden. Een algemeen advies is luchtige kleren en schoenen dragen en een deodorant of antisperspirant gebruiken – het verschil is dat deodorant enkel de geurtjes maskeert en het vocht opvangt, terwijl antiperspirant het zweten zelf enigszins remt.
Te weinig…
Het omgekeerde ziektebeeld heet anhidrose, of niet kunnen zweten, vaak door een storing in het brein. Er bestaat ook een zeldzame erfelijke ziekte die ectodermale dysplasie wordt genoemd en waarbij mensen geen zweetklieren hebben. Zij lopen een verhoogd risico op hyperthermie, maar ook op droge ogen, broze tanden en nagels, en een overgevoelige huid.
Leve de lage luchtvochtigheid
Maar ook zonder een van die aandoeningen kan het zweetproces problematisch verlopen. Zo heeft zweten alleen een verkoelend effect als de lucht droog genoeg is om waterdamp op te nemen. Bevat de omgevingslucht veel waterdeeltjes, dan verdampt je zweet niet of nauwelijks. Het loopt dan in peentjes van je lijf en je lichaamstemperatuur daalt niet meer. Daardoor ga je nog harder zweten, verlies je nog meer vocht en riskeer je nog sneller uitgedroogd en oververhit te geraken. Ik heb een tijdje in het tropische warme en vochtige Mombasa gewoond, waar ik mezelf de eerste weken gewoon niet afgedroogd kreeg na een douche. Voor ik met mijn handdoek aan mijn voeten toekwam, was mijn hoofd al opnieuw aan het zweten.
Maar ook in de Lage Landen en op koele dagen kan oververhitting toeslaan en gevaarlijk zijn. Massasportorganisatoren beginnen dat stilaan te beseffen. Bij steeds meer hardloopevenementen staan spotters langs het parcours om oververhitte zwalpers uit de massa te plukken en ze te laten afkoelen in een bad met ijswater.
Opzouten of watervergiftiging
Zweten mag dan een natuurlijk verdedigingsmechanisme van het lichaam tegen oververhitting zijn, het proces brengt op zich ook risico’s mee: dehydra(ta)tie en zoutverlies. Uitdroging los je op door te drinken, maar soms moet je ook je zouten aanvullen. Hoe zout zweet wel kan zijn, kan je als hardloper voelen in je ogen of merken aan de zweetvlekken in je plunje. Sommige langeafstandslopers ontwikkelen zelfs een zoutbaard tijdens het rennen of een huid die als schuurpapier aanvoelt. Als je in dat geval alleen maar sloten water drinkt, kun je watervergiftiging oplopen, met symptomen als misselijkheid, hoofdpijn en duizeligheid. In extreme gevallen krijg je hartproblemen, zwellen je hersenen en riskeer je epilepsie, coma of zelfs de dood. Daarom is het verstandig om tijdens of na langdurig sporten ook wat sportdrank of bouillon te drinken als je heel veel zweet.
Gissen is missen
Veel sporters rekenen op hun intuïtie om uitdroging of zoutverlies tegen te gaan, of ze doen gewoon na wat andere sporters doen. Dat kan slecht uitpakken, want net zoals de samenstelling van ieders zweet anders is, zo verschilt ook de waterhuishouding van sporter tot sporter. Factoren als training, acclimatisatie, dieet en genetica bepalen dat. Meestal stellen sporters uitdroging pas vast wanneer ze dorst krijgen of hun urine donkerder kleurt. Elektrolytenverlies merken ze eventueel door spierkrampen. Maar als je dorst, donkergele urine of krampen hebt, dan is het dehydratatieproces al volop aan de gang. Dat is nadelig voor je prestaties en het verhoogt je risico op blessures. Je spieren raken immers sneller vermoeid naarmate je uitdroogt en je brein wordt te suf om je bewegingen nog optimaal te dirigeren.
Je kunt vochtverlies monitoren door voor en na een inspanning op de weegschaal te staan, al moet je na de inspanning wel droge sportkleren aantrekken, anders weeg je het zweet mee dat je plunje heeft opgeslorpt en onderschat je het waterverlies. Dehydratatie vaststellen kan ook met een bloed- of urinetest, maar aangenaam of praktisch zijn die methoden niet, zeker niet in het veld en vlak voor, tijdens of na het sporten. Voor een bloedtest heb je een arts of verpleegkundige nodig en urinetests zijn gênant. Bovendien kunnen mensen niet altijd op commando plassen.
Meten is (z)weten
Goed nieuws is dat er intussen een draagbaar apparaatje op de markt is waarmee je zowel een hydratietest in je speeksel kunt doen als een natriumbepaling van je zweet. Zo weet je meteen wanneer het tijd is om te drinken of verloren zouten aan te vullen. Het toestel, de zogenaamde MX3 LAB, werd wetenschappelijk gecontroleerd en blijkt net zo nauwkeurig te zijn als referentietests in laboratoria. Bepaald handig is dat je met één toestel verschillende parameters kunt testen. Voor de hydratatiebepaling tik je enkele keren met een teststrip op de tong om de speekselosmolaliteit te meten. Binnen tien seconden heb je het resultaat in milliosmol.
Voor de zweettest stop je een andere strip in het hetzelfde toestel en meet je de hoeveelheid natrium in het zweet dat wordt opgevangen in een kleefpatch op de binnenkant van de elleboog. Natrium is de belangrijkste elektrolyt in het lichaamswater tussen onze cellen. Samen met kalium en nog enkele andere elektrolyten zorgt natrium ervoor dat onze zenuw-, hart- en spiercellen elektrische impulsen kunnen overdragen. Zonder elektrolyten geven je hart en andere spieren er de brui aan en valt ook het neurologische verkeer uit.
De MX3 LAB werd oorspronkelijk ontwikkeld voor de brandweerlieden in Australië, land van vele bosbranden, maar het apparaat wordt intussen overal ter wereld gebruikt, ook door sporters. Die realiseren zich steeds beter dat je tijdens intensieve training twee tot zes procent van je lichaamsgewicht uitzweet, zeker in hitte. Hardlopers en met name langeafstandsvreters verliezen nog meer lichaamsvocht en zouten dan de gemiddelde sporter. Het bedrijf dat de MX3 LAB maakt, werkt ook aan strips waarmee je pH- en lactaatwaarden kunt bepalen om verzuring te monitoren, want ook dat is belangrijk in de sport.
Zweten kun je trainen
Als aerobe lichaamsbeweging bij uitstek is hardlopen prima om je uithouding te trainen. Merkwaardig genoeg ga je naarmate je conditie verbetert almaar vroeger en harder zweten. Je lichaam “onthoudt” kennelijk steeds beter wat het moet doen om zijn temperatuur onder controle te houden.
Lage of hoge leeftijd heeft dan weer een omgekeerd effect op het transpiratiepeil: kinderen zweten minder doordat ze kleinere spieren hebben dan volwassenen, die op hun beurt meer zweten dan senioren. Hoe ouder je als volwassene wordt, hoe minder je zweet. Dat ligt niet aan het aantal zweetklieren – daarmee word je geboren en ga je ook dood – maar met de jaren neemt de spiermassa af, krimpen de zweetklieren en worden die ook wat minder gevoelig.
Omarmen dan maar
Dat is dan ook meteen de enige troost als je vindt dat je te veel zweet: het betert met het ouder worden. Verder valt er weinig aan te verhelpen. Je erfelijke aanleg of geslacht kun je moeilijk veranderen, en minder trainen om je conditie te verzwakken is voor de meeste hardlopers evenmin een optie. Koffie, alcohol en sterke kruiden mijden kan een beetje helpen. Gebruik eventueel antiperspiranten en talkpoeder, kleed je licht, draag geen katoenen shirt dat zweet vasthoudt, verkies koele en droge trainingsdagen boven hete en vochtige, en doe geen intensieve loopbandsessie in een warme, slecht verluchte gym. Dat is het zowat.
Samengevat: zweten is normaal, niks om je over te schamen en zelfs levensnoodzakelijk. Doordat je meer en sneller gaat zweten naarmate je conditie verbetert, kun je als hardloper al dat gezweet maar beter omarmen. Het is een barometer van je wilskracht en je fitheidsniveau, zolang je maar genoeg water en zouten inneemt. De moderne testtechnologie van MX3 kan daarbij helpen. Heb je echt last van abnormaal zweten, experimenteer dan niet te lang met wondermiddeltjes die niet bestaan, maar ga op spreekuur bij je arts.
Extra info vind je hier. Dit artikel kwam tot stand in samenwerking met Perform2achieve.
Hij was in de kracht van zijn leven. Persoonlijke records en overwinningen reeg hij de afgelopen jaren aaneen en vorig jaar oktober liep hij de marathon van Amsterdam nog ruim binnen de drie uur. Maar in mei kreeg Tom van Beusekom te horen toch niet onoverwinnelijk te zijn. De 31-jarige marathonloper hoorde dat hij een tumor in zijn slokdarm heeft, met uitzaaiing naar de lever.
Achteraf blijkt dat zijn ziekte de oorzaak is geweest voor lichamelijke tegenslagen vanaf oktober 2021. De Amsterdam Marathon, die Van Beusekom in een knappe 2:52.54 afwerkte, verliep al niet naar wens en het trainen bij Running Team Liemers in Zevenaar en AVA ‘70 in Aalten ging met pieken en dalen. Eind april, als de fanatieke hardloper weer meedoet met een wedstrijdje in de regio, lijkt het nieuwe begin gemaakt. Maar Van Beusekom krijgt al snel een ondenkbare verklaring voor zijn lichamelijke tegenslagen: kanker. Dat hij een week later ook nog eens ongeneeslijk ziek blijkt te zijn, doet de loopwereld schokken.
Tom van Beusekom tijdens de NK 10 km
De flyer voor de TommyBeusRun
Tom van Beusekom werd geboren in Duiven, maar woonde lange tijd in Zevenaar, waar hij ook trainde bij AV de Liemers. Eind 2015 benaderde hij coach Titus Fierkens voor persoonlijke begeleiding. Hij klopte aan bij het Running Team Liemers en de overstap naar de professionele loopgroep bleek een goede zet. De gedreven Van Beusekom liep al snel de 10 kilometer laag in de 34 minuten. Met 15:54 op de 5 kilometer, 33:19 op de 10 kilometer en 2:45.00 op de marathon maakte hij deel uit van de Nederlandse subtop. ‘Als ik terugkijk op mijn loopprestaties was de Montferlandrun in ‘s-Heerenberg van 2019 (15 km, 51:27) één van de hoogtepunten. Ik ben Titus erg dankbaar voor de mooie samenwerking en heb nog steeds veel contact met hem.’
Inschrijven en meer informatie over de TommyBeusRun vind je hier.
TommyBeusRun
Positief als Tom is, houdt hij de moed erin en geniet hij van elke dag. Op zijn Instagramaccount probeert hij mensen te inspireren, niet alleen om te genieten, maar ook om mensen te enthousiasmeren voor zijn eigen wedstrijd. Op zondag 3 juli organiseert hij bij de Intratuin in zijn woonplaats Bredevoort de TommyBeusRun. Om 10:00 uur starten zowel de lopers van de 5 als de 10 kilometer. Het inschrijfgeld bedraagt €15 en de opbrengst gaat naar KWF Kanker Bestrijding, Titussport en Running Team Liemers. Ruim 250 lopers, waaronder de complete selectie van het loopteam waar Van Beusekom jarenlang professioneel heeft getraind, hebben al laten weten erbij te zijn. Bart van Nunen zal de lopers op 3 juli wegschieten voor één of twee snelle rondes op het Achterhoekse asfalt, maar het hoofddoel is natuurlijk aandacht vragen voor de meedogenloze ziekte kanker. Inschrijven voor de TommyBeusRun kan via deze link en als je niet meeloopt, is er de mogelijkheid te doneren.
‘Mijn vriendin Paula en ik proberen beiden positief te blijven. Je hebt er niets aan verdrietig te blijven. Ik geef me niet snel gewonnen, maar het doet pijn dat mijn lichaam me in de steek laat.’ De ene dag voelt Tom zich relatief fit, de andere dag brengt hij veel op de bank door. Wat zeker is, is dat hij de liefde voor lopen niet is kwijtgeraakt door de ziekte. Voorzichtig loopt hij af en toe zelfs weer hard, al is het met af en toe een wandelpauze. Tom roept op te genieten van het hardlopen, de mooiste sport die er is volgens hem. Energiek wordt hij van zijn initiatief op de derde van juli, dat hardlopend Nederland in Bredevoort bij elkaar gaat brengen. ‘Mijn grootste wens is dat de wedstrijd een groot succes wordt!’
De opvolger van de METASPEED van ASICS is er. De snelste schoen van ASICS, met carbonplaat in de zool, is verbeterd. Het goede van de eerste versie is behouden, maar met behulp van een aantal topatleten is de verbeterde METASPEED+ ontwikkeld. Vanaf vandaag te koop, maar wij hebben de schoenen al uitgebreid getest.
In maart 2021 lanceerde ASICS de METASPEED SKY, daarna is gebruik gemaakt van heel veel gegevens die zijn verzameld via topatleten om de schoen te optimaliseren. Het verbeterde ontwerp zorgt ervoor dat de schoenen nog beter geschikt zijn voor toptijden.
De twee belangrijkste verbeteringen? De dikte van de zool en de positionering van de plaat. De METASPEED Sky heeft nu een net iets dikkere zool met FF BLAST TURBO foam (het superfoam dat ASICS gebruikt) en een iets andere plaatsing van de carbonplaten in de hardloopschoen (dichter onder de voet). Er zit door de twee aanpassingen dus meer foam tussen de onderkant van de schoen en de carbonplaat. Het dikke foam (vier procent meer dan zijn voorganger) zorgt voor meer ‘bounce back’. Hierdoor kun je je paslengte iets meer vergroten en dus meer snelheid generen. Uiteraard is de zool nog wel binnen de toegestane maximale dikte. Ook het bovenwerk is vernieuwd, en voor 20 procent gemaakt van gerecyclede polyester. Het is iets lichter en steviger dan bij het eerste model. Tot slot zijn ook de veters anders, met meer structuur, zodat ze minder snel losgaan tijdens het lopen.
Sportwetenschappers van het ISS konden hebben de verbeteringen van topatleten gemeten. Uit de eerste onderzoeken bleek dat de METASPEED™ SKY+ de loopefficiëntie met meer dan 2% hebben verhoogd in vergelijking met de traditionele racemodellen van ASICS.
Wat vonden wij ervan?
We zijn fan van schoenen met een carbonplaat in de zool. Sneller en een stuk minder impact op kuiten, achillespezen en gewrichten. We testten er inmiddels al heel veel en zien grote verschillen tussen de modellen. Waar ASICS wat later was met de introductie van de ‘superschoen’, lijken ze de inhaalslag nu helemaal gemaakt te hebben. De METASPEED is aantoonbaar snel èn toegankelijk voor een heel breed publiek. Wij vonden de schoen vooral een stuk stabieler dan veel van de concurrenten, maar ook in vergelijking met de eerste versie. De zool is iets dikker waardoor je zou verwachten dat deze versie juist minder stabiel zou voelen. Door de andere plaatsing van de carbonplaat is het ASICS toch gelukt een stabiele versie te introduceren. Vooral fijn in de bochten. De pasvorm lijkt heel ietsje breder te zijn, voor veel atleten een voordeel, in ons geval net iets strakker strikken. Zijn er nadelen? Eigenlijk zoals bij alle schoenen met een carbonplaat: vrij duur en ze maken bij de landing veel lawaai.
Topatleten
De METASPEED SKY+ schoen is ontworpen voor wedstrijden of snelle tempo’s op de weg. De Britse atlete EilishMcColgan testte een prototype tijdens de Ras Al Khaimah Halve Marathon van 2022 en verbeterde het Britse record. Ze liep 1u06.26 een verbetering van 21 seconden.
De Nederlandse topatlete JillHolterman liep in Malaga een 10 kilometer (tijdens de META : Time : Trials) op de nieuwe schoenen. Ze finishte in een snelle 32.37. Jill Holterman: ‘De Metaspeed Sky+ heeft precies de juiste mix tussen ‘bounce’, reactiviteit en directheid. Bij de landing voel je echt dat er sprake is van een zachte landing, maar ook dat je veel energie terugkrijgt en snel door kunt naar de volgende stap. Ik ben fan!’
Door de site te te blijven gebruiken, gaat u akkoord met het gebruik van cookies. meer informatie
De cookie-instellingen op deze website zijn ingesteld op 'toestaan cookies "om u de beste surfervaring mogelijk. Als u doorgaat met deze website te gebruiken zonder het wijzigen van uw cookie-instellingen of u klikt op "Accepteren" hieronder dan bent u akkoord met deze instellingen.