Als schaatser heb je zomers niet de mogelijkheid het Nederlandse ijs te betreden. Intervallen worden in de vorm van krachttraining gedaan, de schaatsplank blijft onderdeel van de training en de wielrenfiets wordt vaker gepakt. Maar wist je dat topschaatsers deze maanden ook de atletiekbaan in hun wekelijkse trainingsroutine opnemen? Coach Erwin ten Hove en schaatser Dai Dai N’tab van Team IKO geven een inkijkje in hun atletiekgerelateerde trainingsaanpak.
Op 6 mei begon het zomerseizoen van Team IKO, één van de negen professionele langebaanploegen in Nederland, met schaatsers als Joy Beune, Dai Dai N’tab en Michelle de Jong. Nieuwe sporters werden voorgesteld en de eerste officiële training in de buitenlucht kon beginnen. Niet op de racefiets of skeelers, maar op hardloopschoenen. ‘Dat vind ik bijzonder aan schaatsen’, begint Erwin ten Hove, mede-oprichter en coach van het team. ‘Dat je veel verschillende sporten beoefent om pas in de winter goed te zijn op het ijs. We moeten meer buiten de ijsbaan trainen dan erop.’
De Hardloopnetwerk Nieuwsbrief lezen? Ontvang elke maandag de hoogtepunten van afgelopen week in je mailbox.
Diverse intervallen
Deze maand trainen de twaalf schaatsers uit het team, die allemaal de ambitie hebben de Winterspelen van 2026 te halen, de meeste dagen twee keer. Zaterdagmiddag en zondag staat rust gepland. ‘Daar kiezen wij voor omdat veel sporters in Heerenveen wonen, maar ergens anders vandaan komen’, vertelt Ten Hove. ‘Bij ons duurt de zomer 21 weken. Intensiteit en volume verschillen door de weken heen. Het eerste blok, waarin we ons focussen op de aerobe capaciteit, zit erop. De krachttraining is begonnen en sprinttraining doen we zowel hardlopend als fietsend. Schaatsspecifieke training doen we met imitaties, dus skeeleren, sprongen en bewegingen op de schaatsplank. Inmiddels zijn we bezig met blok twee van de drie, waarin we onze aerobe capaciteit (VO2max) uitbouwen en de anaerobe capaciteit (intensievere intervallen) trainen. De rol die de atletiekbaan daarbij speelt, verschilt per individu.’
11 seconden
De rol van het tartan is groot voor Dai Dai N’tab, in 2021 goed voor WK-brons op de 500 meter. Door deze zomerweken harder af te zetten op de baan, hoopt hij begin komend voorjaar weer mee te kunnen doen om de WK-medailles. ‘Ik vind de atletiektraining de leukste training van de week, al ben ik nooit atleet geweest en heb ik nog nooit een sprintwedstrijd gedaan. Door loopscholing en mobiliteit kom ik open en voel ik me sterk. Ik haal er veel energie uit om uiteindelijk hard te kunnen starten op het ijs. Je heffers en je core train je hetzelfde als op het ijs, alleen worden onze bewegingen na een paar passen niet meer plyometrisch en haal je de kracht uit zijwaartse bewegingen. Ook trainen we geregeld met elastiek, om op de eerste meters met weerstand te trainen. Bij zowel atletiek als schaatsen begin je laag in je startpositie en eindig je hoog. Het is snel werk, je bent met je hele lichaam bezig. Lopen ligt mij. Bij Jumbo, mijn vorige team, deden we dat helaas bijna niet.’
De langere sprints vindt N’tab het leukst, maar om in 2026 wél de Spelen te halen moet hij zich meer focussen op een krachtige afzet de eerste passen. Zijn favoriete spike is de Nike Zoom Superfly Elite 2 en zijn persoonlijk record staat op de 100 meter staat op 11.0 seconden, handgeklokt. ‘Maar ik heb al jaren niet meer veel lange sprints gedaan, dus ik ben nu wel wat langzamer.’ Kunnen atleten nog iets van hem als schaatser leren? ‘Wij zijn goed op de eerste meters. Daarvoor moet je niet bang zijn om allround te trainen. Ik denk dat je als jonge sporter best wat lichte krachttraining kunt doen.’ Dat meerdere wegen naar Rome leiden, daar kan zijn coach Ten Hove zich in vinden. ‘Schaatsen is uniek door heel veel andere dingen te doen. Daar zouden andere sporters iets van kunnen leren, maar ik heb niet de illusie dat wij de hardloopwereld heel veel beter kunnen maken. Intervallen kan op veel verschillende manieren, bijvoorbeeld door circuittraining, wat Femke Bol volgens mij ook één keer per week doet. Alternatief trainen behoort niet tot mijn visie, maar je moet verder dan je sport kunnen kijken om je doel te bereiken.’
Lees ook: Femke Bol, twee keer Nadine Visser én twee keer Sifan Hassan bij FBK Games
30 meter als benchmark
Terug naar de atletiekbaan, waar de sprinters uit het team deze maand één keer per week op trainen. De middellange- en langeafstandsrijders lopen wel, maar voor hen is atletische vorming (technische bewegingen) belangrijker. Dat doen de IKO-schaatsers vooral op de baan van AV Heerenveen. Het team kan gebruikmaken van alle faciliteiten van Sportstad Heerenveen, waar alleen de fietstrainingen buitenvallen. ‘Het sprintprogramma op de atletiekbaan is vrij simpel’, gaat coach Erwin ten Hove verder. ‘Eerst de warming up, met banden en sleetjes voor de weerstand en wat hordes. Dan loopscholing en loopvorming, gevolgd door steigerungen. De kern is bijvoorbeeld 4×30 en 6×30 meter of 3×10 en 3×30 meter, tussendoor wel 5 tot 6 minuten rust. Een lange sprint op spikes is belastender dan op schaatsen. De 30 meter is voor ons een benchmark.
Getest: Overzicht van alle hardloopschoenen met een carbonplaat
Als coach ben ik tevreden als de mannelijke sprinters onder de 4 seconden lopen. Atleten zullen daar waarschijnlijk om lachen. Vrouwen moeten aan het eind van de zomercyclus onder de 4,5 seconde kunnen. Het doel van de sprints is altijd harder kunnen openen op de 100 meter op het ijs. Onze looptrainer is Jacob Veenstra, die voor het Groningse Team 4 Mijl de krachttrainingen verzorgt.’ Waar schaatsster Naomi Verkerk als test aan de start verscheen van de Gouden Spike, is er geen enkele IKO-schaatser die voor de afwisseling weleens een atletiekwedstrijd meepakt. Samen trainen met andere (loop)teams is er ook niet bij. ‘Hebben we voor de grap weleens gedaan met de atletiekgroep in Heerenveen, maar dan werden we behoorlijk weggelopen. We hebben weleens een clinic van oud-bondscoach Bart Bennema gevolgd en we zijn weleens bij de baansprinters en roeiploeg langs geweest. Het is interessant om bij anderen in de keuken te kijken, maar dat doen we alleen als het uitkomt en dat is nu niet.’
Lees ook: Voormalig wereldtopper Rutger Smith over de combinatie kogel-discus
Vanaf 12 augustus mag Team IKO weer het zomerijs van mede-thuisbasis Thialf in Heerenveen betreden en dan vindt de transformatie van tartan naar ijs langzaam plaats. Daar begint de specifieke voorbereiding voor onder andere 8, 9 en 10 november, het World Cup Kwalificatietoernooi. Daar in Heerenveen hoeft het dozijn aan schaatsers pas in topvorm te zijn. Dan volgen de wereldbekers, met de EK Allround en Sprint op 10, 11 en 12 januari en de WK Afstanden op 13, 14, 15 en 16 maart als hoogtepunten.
Foto’s: Jorn Holwerda en eigen bezit
- Tom de Gelder in triatlontransitie: ‘Ik dacht: waarom zou ik het niet combineren?’
- Nederlandse titels halve marathon voor Frank Futselaar en Maureen Koster
- Frank Futselaar hongerig naar NK halve marathon: ‘Planning loopt tot hier’
- Review: Brooks Hyperion Max 2
- De Nederlandse marathonranglijst van 2024 (mannen en vrouwen)