Hoe trainen topatleten? In deze rubriek geven de beste atleten uit Nederland en België een unieke en gedetailleerde kijk in hun trainingsweek, met deze week Irene van der Reijken (24 jaar). De atlete van Rotterdam Atletiek liep in Luik de internationale limiet (vastgesteld door European Athletics) voor het EK Atletiek op de 3000 meter steeplechase en omdat ze ook al Nederlands Kampioen was geworden mag ze aanstaande vrijdag 10 augustus aantreden voor de kwalificatieronde tijdens het EK in Berlijn. Voor Hardloopnetwerk hield ze de week bij waarin ze de limiet liep.
Inleiding
Deze week is wat anders dan normaal. Nadat ik eind juni Nederlands Kampioen geworden was, heb ik mezelf voorgenomen serieuze pogingen te wagen om de B-limiet te lopen (9:55). Ik weet niet of ik het ga halen, maar ik wil er wel mijn uiterste best voor doen. Alleen valt het vinden van een goede steeplewedstrijd voor vrouwen niet mee. Uiteindelijk heb ik 9 juli een wedstrijd in het Zwitserse Luzern gelopen. Het was een waanzinnige ervaring om op zulk hoog niveau te lopen, en dan ook nog eens voor zóveel publiek. Ik ben heel blij met die race, het was goed opgebouwd en ook tactisch heb ik onderweg de juiste keuzes gemaakt. Maar met mijn tijd van 10:00,92 heb ik de limiet bij lange na niet gehaald. Nu heb ik nog één kans, komende woensdag in Luik, bij de Meeting International de la Province de Liège.
Maandag 16-7
Vanwege de wedstrijd van komende woensdag hebben we de baantraining van dinsdag naar maandag verplaatst. Om de ruimte te hebben voor wat hordes doen we de training vrij laat, en het is zowaar ook wat minder warm. De training bestaat uit 3x 1000 meter in een relatief easy tempo, met daar achteraan nog 4×200 meter met drie hordes op de baan.
Dinsdag 17-7
Vandaag heb ik rust. Hoewel ik graag zou lopen weet ik dat het verstandig is om mijn krachten te sparen. Wel doe ik wat yoga-oefeningen om mijn rugklachten te beperken. Ook is het de bedoeling dat ik vandaag zoveel mogelijk studiewerk voorbereid voor de komende lessen. Ik begin komende september aan mijn coschappen en heb in de zomer een voorbereidende lesperiode. Terwijl de rest vakantie heeft, zit ik dus gewoon in de collegebanken. Het kost me echter veel moeite om mijn aandacht erbij te houden, dus besteed ik mijn dag vooral aan het uitpluizen van de concurrentie van morgenavond.
Woensdag 18-7
Vanavond is het zo ver.
Ik heb bij deze wedstrijd voor het eerst een startnummer met mijn achternaam erop, en ik vind dat er heel professioneel uitzien. Het maakt het ook een stuk makkelijker om de concurrentie in de gaten te houden, want ook op onze rug hebben we onze naam opgespeld. Helaas ben ik ongeveer 3 seconden na het startschot vergeten achter wie ik ook alweer aan moest, en wie ik moet laten lopen. Achteraf gezien vraag ik mij af waarom ik al die moeite doe om het zorgvuldig uit te zoeken, gezien er altijd erg weinig informatie beklijft.
Ik weet dat ik rondjes van 78 seconden moet lopen voor de limiet. Dat is makkelijk bijhouden, 39 seconden per 200 meter, dus elke keer dat je langs een klok loopt moet het laatste getal 1 seconde minder zijn. Bij een doorkomst op 1:18 bijvoorbeeld, dan moet de volgende doorkomst op _:_7 zijn. Omdat ook dit nog wel eens te moeilijk kan zijn tijdens het rennen is gelukkig mijn vriend Bastiaan mee die mijn rondjes klokt. Tussen ongeveer duizend man publiek is hij de enige die ik elke ronde zie. Hij gebaart als een ware dirigent of ik op het juiste tempo zit, of ietsje harder moet.
Na ongeveer de helft van de race kom ik alleen te lopen, en dan wordt het zwaar. Ik zie steeds minder van wat er om me heen gebeurt, en loop van balk naar balk. De aanmoedigingen van mijn trainer, ouders, en meegereisde trainingsmaatjes hoor ik nauwelijks meer, maar nog steeds zie ik elke ronde Bastiaans duimen omhoog gaan. Ik loop nog op schema, ondanks twee iets te trage rondes. Tijdens de race tel ik de waterbakken af, en met nog twee rondes te gaan tel ik de balken af. Bij het ingaan van de laatste ronde zie ik dat de limiet nog haalbaar is, maar ik weet ook dat je dan nog 5 kansen hebt om te vallen. Voor mijn gevoel duurt het laatste rondje ruim 90 seconden, en ik vrees dat de limiet uit mijn handen glipt. Op het laatste stuk zie ik echter dat de klok nog geen 9:50 heeft bereikt. Dit gaat me lukken! Op benen van rubber geef ik alles in de laatste 50 meter. Ik stort over de finish en zoek naar bevestiging bij Bastiaan. Zijn grote grijns zegt me genoeg: ik mag naar Berlijn. Het besef dat ik de limiet gehaald heb overdondert me. Ik had het gehoopt, maar niet verwacht. Ik wist dat het in een perfecte race haalbaar zou moeten zijn, maar dan moet het nog maar lukken. En nu is het me met 9:51,79 ruimschoots gelukt!
Even daarna bekent mijn training dat Fisherman’s friends sterk spul is, en is Whatsapp ontploft. Ik bel met mijn allereerste (loop)trainer van 12 jaar geleden die razend enthousiast is.
Als ik een aantal uur later op bed lig wil mijn lijf niets liever dan slapen, maar mijn hoofd is nog veel te druk met herbeleven. Dit is een wedstrijd die ik me lang zal heugen.
Donderdag gaat de wekker alweer veel te vroeg. Het normale leven gaat gewoon verder en ik heb om half negen les. Gedurende de dag blijven er felicitaties binnenkomen, en ook mijn studiegroep vindt het prachtig. Langzaam begin ik te beseffen dat ik écht deel mag nemen aan het EK. ’s Middags ben ik wat eerder klaar waardoor ik nog precies een taart kan bakken voor bij de training. Het is traditie om bij winst op het NK te trakteren, maar ook dit is taart waard. ’s Avonds ga ik een uurtje later naar de training om zelf een rondje los te lopen en daarna chocolade-bosbessen-citroencake uit te delen.
Vrijdag is normaal gesproken de avond dat ik zwemles geef. Vanwege de zomervakantie is er geen zwemmen, dus ik breng mijn avond door met studiewerk inhalen.
Zaterdag stond er eigenlijk een baantraining op het programma. Mijn benen voelen echter nog niet alsof ze daartoe in staat zijn, dus maken we er een uurtje duurloop van. We gaan naar het Bersche Bos, dat is in Rotterdam zo’n beetje de enige plek met onverharde paden. Het valt me zwaar genoeg, dus ik ben blij met de keuze om niet naar de baan te gaan.
Zondag ben ik wel weer toe aan tempo’s. We lopen 3×7 minuten en sluiten af met 3×1 minuut. Ook deze training is in het Bersche Bos, en valt niet mee. Zelfs de Schotse Hooglanders die hier rondlopen doen het rustig aan.
Benieuwd hoe Irene het ervanaf brengt op het EK? Zorg dan dat je aanstaande vrijdag om 12.25 uur voor een livestream zit. Het tijdschema met ook alle andere Nederlanders is hier te vinden.
Foto: Richard Kooijman (trainer Irene)