Vier achtereenvolgende jaren won Marja Bak-Wokke de halve marathon van Egmond: 1978, 1979, 1980 en 1981. In die tijd ging de heroïsche 21,1 kilometer tussen de Boulevard en strandopgang bij Castricum nog met de klok mee. Sinds 2001 is dat andersom, maar de zwaartepunten in de wedstrijd zijn grotendeels onveranderlijk, weet Bak-Wokke, geboren in het nabijgelegen Bergen. Herinneringen ophalend deelt ze vijf tips voor jouw strijd tegen de elementen tijdens de 50e editie zondag.
Tip 1: Houd de weersomstandigheden in de gaten
‘Je weet nooit hoe hard of zacht de 7 kilometer lange strandpassage tussen Egmond en Castricum is. Of je tegenwind of voorwind hebt, scheelt nogal in je kracht. Je eindtijd hangt echt af van de weersomstandigheden. Tijdens mijn eerste deelname in 1976, ook mijn eerste halve marathon, liep ik met Allstars, in een trainingsbroek en in een shirt van mijn broer, die me overhaalde mee te doen. Toen liepen we nog omgekeerd: de finish lag net na het strand. Na 14 kilometer had ik het wel gehad. Ik kreeg een kopje thee aangereikt, maar die mocht ik niet nemen van mijn broer, want ik lag derde. Ik had geen idee waarmee ik bezig was. Op de finish wist ik pas zeker dat ik derde was. Een totale verrassing. Ik had te kort getraind, maar ik wilde graag de weddenschap met mijn broer aangaan. Om een kratje bier.’
Tip 2: Scheur je gel vast door
‘Zeker voor beginnende lopers is goede hardloopschoenen essentieel, niet van Scapino. Daarnaast goede kleding, maar ook goede voeding. Eind jaren 70 zorgde ik ervoor dat ik de drie avonden van tevoren al bezig was met het nemen van genoeg koolhydraten. Nu gebruik je elke vijf kilometer gewoon een gelletje. Mijn tip: scheur ‘m vast voor de helft door, maar zo dat ie net niet gaat lekken. Openmaken kan weleens moeilijk gaan in de kou. Anders moet je dat aan een medeloper vragen, dat is onhandig. In mijn tijd bestonden gelletjes nog niet hier. Wij deden het voor de start met water, thee met honing en griessuiker: Fantomant. Daar heb ik nooit last van gehad. En als je mazzel had was er isotonedrank bij de posten. Op advies van een vertegenwoordiger van Nike die me destijds begeleidde heb ik imodium ingenomen tijdens mijn snelste halve van Egmond in 1980, tegen maag- en darmklachten. Na de wedstrijd kon ik geloof ik twee dagen niet naar het toilet, maar ik had er tijdens de wedstrijd geen last van.’
Lees ook: De vijf momenten van Ronald Schröer in de Egmond Halve Marathon
Tip 3: De wedstrijd begint pas in de duinen
‘In mijn hoogtijjaren in Egmond startten er zo’n 1000 mensen, nu zijn het er zo’n 18.000. Die starten in groepen, want je moet je gehoopte tijd opgeven bij het inschrijven. Ik stond als wedstrijdloper gewoon vooraan en als dat niet het geval was werd ik vooraan neergezet. In 1981 lagen er ijsschotsen op het strand die je moest ontwijken. Dan loop je natuurlijk meer, wat het een ingewikkelde afweging maakte: in het mulle zand of op hard zand. Als je heel veel kracht in je benen hebt, kun je het best zo kort mogelijke lijnen pakken, dus wel een beetje mul zand. Heel zacht zou ik het niet opzoeken, want dan ben je heel veel kwijt voor je de duinen ingaat. Laat je niet gek maken. Over het algemeen wil ik zeggen: verspeel niet je krachten op het strand. Dat haal je eigenlijk wel weer in in de duinen. Daar begint de wedstrijd pas.’
Tip 4: Let op bij Bakkum
‘Een kilometer na het strand loop je over camping Bakkum, een best wel modderig stuk. Zoek daar de buitenkanten op, anders wordt je schoen in het modder vastgezogen. Kijk waar het wat harder is, anders verlies je veel kracht en snelheid. Toen ik won, gingen we gelijk de duinen in. Dat modderachtige stuk bij Bakkum hadden we niet. Daar zou ik ook niet voor gekozen hebben als ik het voor het zeggen had. Het voegt niks toe. De duinen vind ik mooier.’
Tip 5: Bloedweg achter de rug: uitbollen
‘Veel mensen staan aan te moedigen op de Bloedweg. Een klimmetje ja, haha. Zeker een kuitenbijter. Veel lopers kijken daar tegenop, terwijl als je een rustig loopje doet rondom Egmond, valt ie best mee. Het stijgingspercentage is 10,5 procent en ik denk dat ie 500 meter duurt. Zeker met wind kan ie heftig aanvoelen. Maar daarna ga je nog een stukje door het centrum van Egmond en is het alleen nog maar uitbollen naar de finish op de Boulevard. Daar zou ik zeggen: pak zo snel mogelijk je medaille en kleding. Handig om daar met een familielid af te spreken om niet koud te worden.’
Marja Bak-Wokke zal zich wel vermaken zondag tijdens de NN Egmond Halve Marathon. ‘Ik ga niet zelf lopen, geef allemaal startschoten, omdat het de 50e keer is. Samen met Kamiel Maase ben ik heel actief denk ik. Ik ben geholpen aan een knieblessure, dus een halve marathon is nog wat ver voor me. Als ik dan rond een uur of vijf ’s avonds thuiskom, gaat hardlopen ‘m niet meer worden. De volgende dag zeker weer!’
Kijk hier de wedstrijd van vorig jaar terug, toen Lucas Nieuweboer verraste met de winst. Dit jaar staat hij opnieuw aan de start. Een voorbeschouwing volgt nog.
Foto’s: Le Champion & Erik van Leeuwen
- Vijf tips van viervoudig winnares Marja Bak-Wokke voor de Egmond Halve Marathon
- De leukste baanwedstrijden in 2025
- Review: Mizuno Neo Zen
- De 10 best gelezen artikelen in 2024
- De 18 mooiste Nederlandse trailruns in 2025