Aanstaande zondag gaat om half 9 ’s ochtends het startschot voor de Sevilla Marathon in Spanje, met ook aan de start de Nederlandse topatlete Jip Vastenburg. Zij maakt op 24-jarige leeftijd haar langverwachte debuut op de afstand. Sinds 2018 heeft de race het IAAF Gold Label, wat betekent dat het volgens de IAAF tot de meest toonaangevende wegwedstrijden ter wereld behoort. Dat is ook het jaar waarop het parcoursrecord bij de vrouwen werd gelopen (2:25.32). Het parcours is nagenoeg volledig vlak en start en eindigt in het Olympisch Stadion dat gebouwd werd voor de Wereldkampioenschappen Atletiek in 1999 (maar waar nooit Olympische Spelen hebben plaatsgevonden). Na jaren waar Vastenburg regelmatig aan de kant stond met blessures, is ze onder trainster Grete Koens weer volledig belastbaar geworden, en heeft ze een goede marathonvoorbereiding kunnen afwerken.
Op stage in Frankrijk en een gouden teammedaille bij het EK Cross
De marathonvoorbereiding is Vastenburg ontzettend meegevallen. ‘Het voordeel was dat ik al voor de voorbereiding begon 4 weken op hoogtestage ben geweest in Frankrijk waar ik al veel kilometers heb kunnen lopen’, zegt Vastenburg. ‘Daardoor was ik supergoed voorbereid op de 12 weken die erop volgde. Spannend was wel om in de voorbereiding het EK cross te lopen maar gelukkig heeft dat heel erg goed uitgepakt.’ Bij dat EK Cross, in eigen land, werd ze heel knap vijfde, waarmee ze een zeer belangrijke bijdrage leverde aan de eerste plek van de Nederlandse dames in het teamklassement.
Naar adem happen in Kenia
Vastenburg ging vervolgens op stage naar Kenia. Daar vond de zwaarste training van de voorbereiding plaats, bestaande uit 15 minuten – 30 minuten – 15 minuten op marathonintensiteit. ‘Niet zo zeer door de lengte van de training, maar vooral omdat er een ontzettend harde wind stond en deze precies in het tempoblok van een half uur viel.’ Jip en haar trainingsgroep (gekscherend de ‘Papendalpoedels’ genoemd, naar hun trainingslocatie) vierden zowel Kerst als de jaarwisseling in Kenia, wat het volgende opmerkelijke plaatje opleverde:
De laatste weken
De belangrijkste en langste training deed ze in Nederland drie weken voor de start van de marathon, ‘gewoon’ thuis in omgeving Arnhem. ‘Hierin heb ik een half uur ingelopen, vervolgens een uur op marathon tempo gelopen (ongeveer 3.31 minuten per kilometer) en daarna nog een half uur uitgelopen.’ Dat deed ze gelukkig niet alleen. ‘Bart van Nunen heeft mij geholpen bij deze training en ik heb er intens van genoten.’ Trainingsmaatje Van Nunen zal ook ingezet worden in Sevilla, waar de luxehaas (hij liep in zijn debuut in Berlijn naar een prachttijd van 2:13 uur) Vastenburg idealiter tot het eind van de wedstrijd uit de wind zal houden.
Na al deze lange en soms pittige trainingen werd het tijd voor Vastenburg om uit te rusten, zodat ze volledig hersteld en in topvorm aan de start staat. Het taperen doet ze in Portugal. ‘In de laatste week hier in Portugal heb ik hetzelfde ritme aangehouden als alle 12 weken hiervoor. Wel zijn uiteraard alle trainingen een stuk korter, zodat ik uiterst fris aan de start zal staan zondag.’
Focus op de belangrijke sessies
Heeft Vastenburg nog advies voor andere (marathon)lopers? ‘Mijn belangrijkste tip is dat je vooral fit moet blijven voor elke belangrijke training die je doet. De rest van alle duurlopen is maar opvulling’, voegt Vastenburg toe. ‘Het is niet zo dat deze trainingen niet belangrijk zijn, maar het belangrijkste is dat je de zwaardere trainingen echt op 100 procent kan doen. En: Geniet vooral van wat je doet!’