In de week voor de Amsterdam Marathon hadden wij een uitgebreid interview met marathonloper Frank Futselaar en zijn trainer, Titus Fierkens van Running Team Liemers. Na Frank’s geweldige 2u14 en zilveren plak op het NK wilden we natuurlijk alles horen over zijn race. Gelukkig hadden Frank en Titus tijd voor een uitgebreide recap.
Je was tijdens de marathon om je heen aan het kijken en aan het lachen en leek volkomen ontspannen. Was je dan niet zenuwachtig? Waar komt al die vrolijkheid vandaan?
Ik wist dat mijn voorbereiding goed was en daardoor had ik vertrouwen in het wedstrijdplan. In het begin van de race voelt het tempo nog ontspannen aan en daardoor kon ik ook genieten van alle support langs de kant. Doordat de hazen [Michel Butter en Joeri Wolf, red.] een heel mooi stabiel tempo liepen hoefde ik mij niet druk te maken over het tempo. Dit zorgde ook voor een stuk ontspanning. Ondanks de ontspanning zat ik wel in een goede focus op het gebied van het wedstrijdplan.
Je had twee uitstekende hazen en je coach Titus als meefietser. Hebben jullie tijdens de wedstrijd nog veel gecommuniceerd?
Met de hazen heb ik een aantal keer gecommuniceerd. Een paar keer heb ik aangegeven dat het goed ging en dat het tempo perfect was. Bij de Amstel heb ik gevraagd of ze schuin voor mij wilden lopen in verband met de wind. Dit deden ze daarna goed. Met Titus had ik vooral oogcontact. Titus kon mij het drinken aangeven en daarbij mij ook wel aanmoedigen.
Ben je de man met de hamer nog tegengekomen? Wanneer werd het echt zwaar?
Tussen 25 en 30 km ben ik achteraf iets te veel versneld. In de laatste fase lagen twee viaducten die aanvoelden als bergen. Hierdoor moest ik echt een tandje terugschakelen. Ik had 30 seconden voor de laatste 200 meter voor een tijd onder de 2 uur en 14 minuten en zette een sprint in. Dit ging 100 meter goed, maar bij het opkomen van de laatste 100 meter voelde mijn benen als spaghetti en kon ik geen tempo meer houden. Ik was blij dat ik bij de finish was.
“In de laatste fase lagen twee viaducten die aanvoelden als bergen.”
Kun je deze marathon voor ons vergelijken met je eerste marathon?
Ik ging deze marathon met veel meer vertrouwen in. Het tempo lag hoger en ik kon dit goed vasthouden. Mijn verval was veel minder in het laatste gedeelte. Ik heb echt genoten van beide marathons, maar in eigen land was wel heel gaaf. Vooral met alle support langs de kant. Er was een grote vlag gemaakt door Hans Frieling van Sports Planet uit Westervoort, een van mijn sponsoren. Hij fietste naar verschillende punten op het parcours. Ik zag de vlag al van een grote afstand en hierdoor werd het een heel mooi richtpunt.
“Ik heb echt genoten van beide marathons, maar in eigen land was wel heel gaaf.”
Hoe voelde het laatste stuk van de race in het stadion en hoe heb je je prestatie gevierd?
De finish in het stadion was heel gaaf. Ik voelde het publiek, maar moest mij ook goed focussen om te blijven staan. De ontlading na de finish was groot, vooral toen ik naar de ‘fanclub’ liep. Zij hadden mij door de hele stad op verschillende punten aangemoedigd.
De kinderen van de basisschool de Troubadour in Elden waar ik werk hadden een erehaag gevormd op het schoolplein toen ik aankwam. Dit was heel onverwacht en tof!!
“De kinderen van de basisschool de Troubadour in Elden waar ik werk hadden een erehaag gevormd op het schoolplein toen ik aankwam.”
Hoe staat het nu met de spierpijn?
Ik heb kanonnen veel spierpijn. Traplopen gaat heel rustig. De spierpijn is ook wel fijn omdat het voldoening geeft.
Reactie Trainer Titus Fierkens
Na Frank’s debuut in Düsseldorf hebben wij een plan opgesteld, waarbij wij erop uitkwamen dat het reëel zou zijn om in het najaar voor 2.14 te gaan. Er waren voldoende verbeterpunten en omdat het pas zijn eerste marathon was, zat er nog veel rek in de kilometers (weektotalen) en (marathon)kwaliteit. Erg mooi is het dan dat Frank hier volledig in slaagt!
Op de fiets heb ik vooral enorm genoten van de rust in Frank’s groepje, waar de hazen Michel Butter en Joeri Wolf een groot aandeel in hadden. Kilometers van 3.10 zagen er gemakkelijk en ontspannen uit. Frank kon hen makkelijk volgen en nadat ik van hem na 18 kilometer een lach en duim omhoog kreeg, wist ik helemaal zeker dat zijn benen goed waren.
Voor iedere waterpost fietste ik tijdig vooruit zodat ik hem zijn bidon kon aangeven. Na het uitstappen van de laatste haas (Michel) op 30 kilometer kon hij het tempo goed aanhouden en zelfs omlaag naar 3.05 krijgen. De laatste 5 km werd het zwaarder en liepen de kilometer-tijden op richting 3.20. Ik ben toen voornamelijk bezig geweest met het helpen behouden van zijn focus (vooraf hadden wij doorgesproken dat hij zich moest richten op bepaalde punten en/of op lopers die vanuit de kopgroep waren teruggevallen) en moest blijven pushen zodat hij zichzelf zou belonen met een mooie eindtijd. De grens van 2.14 werd daarin het doel en met een snelle laatste km (3.03) kwam Frank nog heel dichtbij.
Deze week heeft Frank hardlooprust, maar zal verder zelf actief bezig zijn om herstel te bevorderen.