Rick had zichzelf voor de Amsterdam marathon een nieuw doel gesteld; finishen onder de 2 uur en 40 minuten. Een strak regime hielt hij aan en dit keer deelde hij zijn voorbereiding met andere lopers die ook een streeftijd hadden onder de 3 uur. Zijn voorbereiding liep perfect, dus de vraag was alleen of hij op het juiste moment zou pieken. Hij vertelt zijn uitgebreide verhaal.
Door Rick Salome
Nog even over de afgelopen 3,5 maand…
Lopen. Iedere week 6 dagen, gemiddeld zo’n 115 kilometer per week, oplopend tot een maand met meer dan 500 gemaakte kilometers. 4x per week vroeger opstaan voor een half uur core-stability oefeningen. Rust. Minimaal 9 uur per dag op bed zien te liggen, 10 uur in het weekend. Voeding. Bakken kwark, kilo’s fruit, vele pakken chocomel en 2 maanden (bijna geheel) alcoholvrij. Spontane uitstapjes. Even niet. Sociale contacten buiten de loopgroep. Laag pitje. Andere prioriteiten. Uitgesteld. De reden? 30 seconden tijdwinst zien te boeken over een race van 42,195 kilometer.
Best een flinke investering en een hoop gedoe dus in de ogen van velen.
30 tellen dus. 30 tellen eraf op een tijd van 2 uur, 40 minuten en 29 seconden. Best een flinke investering en een hoop gedoe dus in de ogen van velen. Compleet doorgeslagen in ogen van anderen. Ik geef ze geen ongelijk. Maar die 30 tellen eraf lopen was het enige wat er toe deed alle afgelopen weken en wat het doel was, afgelopen zondag tijdens de Marathon van Amsterdam. Mijn tweede marathon in de hoofdstad, mijn vierde marathon in totaal.
Genieten van de voorbereiding op een marathon doe ik eigenlijk altijd. Geen duurloop is voor mij te lang, je merkt dat de vorm beter en beter wordt en met zo’n mooie zomer is het echt een feest om zoveel buiten te kunnen zijn. Maar in tegenstelling tot mijn voorgaande marathons was dit er eentje waarbij ik samen kon en mocht trainen met een groep van maar liefst 18 andere atleten (allen met een richttijd onder de 3 uur). Een enkeling liep Berlijn, of loopt New York, maar met de rest stonden we aan de start in Amsterdam. Echt uniek om hier samen naar toe leven en het maakt de voorbereiding nóg zoveel leuker, mooier!
Heel eerlijk: de afgelopen maand was dat doel bijgesteld omdat alles zo makkelijk leek te gaan
Wat ook helpt is dat alles weer ging, zoals je wilt dat het gaat. Tijdens een 30 kilometer wedstrijd begin september (30 van Amsterdam Noord) kon ik redelijk makkelijk aanhaken bij een groepje wat lange tijd op een marathon eindtijd liep van 2 uur 35 minuten. Een Damloop liep ik op 75%, maar ik finishte wel met een PR. Tijdens de leukste halve marathon van Nederland (Singelloop Breda) had ik het gevoel dat ik constant op de rem moest trappen, omdat ik, om te sparen, niet harder wilde lopen dan het beoogde marathon tempo. Eindeloze blokken bosbaan stampte ik weg in tempo’s die net even iets te hard gingen. Meerdere keren tikte ik de 35 km aan voorafgaand en zelfs twee keer had ik vrijwel al een hele marathon voltooid. De enige twijfel was: komt die piek niet veel te vroeg nu alles zo makkelijk gaat? Zingt Andre Hazes ons straks in het stadion niet zoiets toe als Bloed, Zweet en Tranen? Invulling aan twee van deze drie woorden heb ik nog steeds niet ervaren. Ff wachten nog bitte sehr met die absolute topvorm! De 21e pas graag. Nog 3 weken, nog 10 dagen, een weekje, 2 dagen…
En we zijn er! Perfect weer, 12 graden, nauwelijks wind, klein zonnetje. Na twee jaar wederom aan de start in het mooie Olympische Stadion. Destijds voor de eerste keer op het veld, maar inmiddels vaste bezoeker tijdens de Phanos trainingen op de maandag- en woensdagavonden. Zo mooi ook dat we hier nu staan met de hele groep. Iedereen blij, gespannen, fit, lachend, vol energie, trots, ook op elkaar. We gaan het doen vandaag. Alleen wij zelf zullen de stappen moeten zetten, maar meer dan ooit voelt deze marathon als een teamprestatie.
Destijds voor de eerste keer op het veld, maar inmiddels vaste bezoeker tijdens de Phanos trainingen op de maandag- en woensdagavonden.
De eerste kilometers voelen zoals het hoort, makkelijk. Natuurlijk loop ik iets te snel. Vondelpark doorknallen en dan proberen ritme te pakken en een groepje zien te vinden. Maar ondanks de 12.000 lopers lijkt er vandaag niemand te hebben besloten om ook maar enigszins hetzelfde tempo te lopen. Heel af en toe haakt er iemand aan, plakt er iemand in de rug, maar verder ga ik het dus alleen doen vandaag. Dat wil zeggen: op het parcours. Want naast de lijn zijn er wel hulptroepen ingeschakeld.
Ondanks de 12.000 lopers lijkt er vandaag niemand te hebben besloten om ook maar enigszins hetzelfde tempo te lopen.
Mijn trouwste supporter L. fietst vandaag de hele stad door. Ontspannen een wedstrijdje kijken hoort daar niet bij. Met een neurotenschema waarin per minuut staat aangeven waar ze verwacht wordt en wat er aangereikt dient te worden, heeft zij een mogelijk nog grotere uitdaging vandaag. En als ik op het 32 kilometerpunt een cafeïne gelletje laat vallen, die ‘essentieel’ is volgens het schema wat zij heeft meegekregen, is er geen twijfel. Stilstaan of teruglopen doe ik niet, dus wat ze doet is gelletje oprapen, sprinten en taak alsnog volbrengen: #trots, #nummer1supporter , #marathonsloopjenietalleen.
Dat gelletje was nodig ook. Ik had onderweg besloten om het iets te harde tempo wat ik liep, gewoon maar door te lopen. Iedere kilometer net even een paar seconden te snel, maar het voelt lekker en dus neem ik de gok. Ik vertrouw erop dat ik dat tot 30 kilometer in ieder geval moet kunnen volhouden en hoop het verval zo lang mogelijk uit te stellen. Halverwege geeft de klok net iets minder dan 1 uur en 18 minuten aan. Te snel weet ik. Een buffer opbouwen dan maar. De Amstel aan de linkerhand. Klein windje in de rug. De stroom met lopers aan de overkant die straks pas dit punt zullen passeren. Bootjes met Hollandse Smartlappen uit de speakers. Genieten. Nog even, zo blijkt.
Want net voor het ‘gelletjes incident’, merk ik dat het kilometer tempo terugloopt. De benen lopen vol. Dat worden nog 12 lange kilometers zo vrees ik. Langzaam begint het aan te voelen alsof alle snelheid verdwijnt. Het zal toch niet?
In mijn hoofd begin ik te rekenen. Nog 10 kilometer te gaan. Ik heb een buffer. Het doel was 30 seconden van het PR af. Uit zien te komen onder de 2 uur en 40 minuten. Ok, heel eerlijk: de afgelopen maand was dat doel bijgesteld omdat alles zo makkelijk leek te gaan. 2 uur en 38 minuten: dat zou het moeten worden. Als ik nu kilometers ga lopen van 4 minuten, dan is 2 uur 38 minuten nog net haalbaar. Iedere kilometer die nu nog volgt, mag ik er dik 15 seconden langer over doen dan alle voorgaande kilometers. Kan ik dat nog opbrengen?
Langzaam begint het aan te voelen alsof alle snelheid verdwijnt. Het zal toch niet?
Aftellen. 9 kilometer te gaan. Weer een kilometer onder de 4 minuten gelopen. 8 kilometer te gaan; 3 minuten en 50 seconden. Voldoende. Het voelt zwaarder en zwaarder, maar het tempo klapt niet helemaal in. Nog 3 kilometer te gaan. De langste kilometers. Vondelpark bereikt. Dan weet ik het. Het voelt verre van makkelijk meer, maar ik ga niet meer instorten. Mijn benen doen pijn, maar de rest voelt goed. Dit gaat lukken. De drukte neemt toe naarmate de poorten van het stadion dichterbij komen. Ik hoor de speaker. Ik zie nu ook hoe vol het zit. 200 meter op de baan nog. Yes! Armen moeten de lucht in. Yes! De opgebouwde buffer bleek voldoende. 2 uur 37 minuten en 20 seconden. De 30 tellen die eraf moesten 3,5 maand geleden, werden 3 minuten. Bam!
Net over de streep een vette high five met de snelste loper uit onze Phanos groep. Oogcontact met trouwste supporter L. op de tribune. De grote grijns op mijn gezicht verschijnt. Ontlading in de buurtkroeg achteraf met de hele groep die finisht binnen de drie uur. Blij, voldaan, lachend en trots. Op mezelf, op elkaar. Wat een dag. WE did it!
Wil jij jouw verhaal insturen van je eerste hardloopwedstrijd, zoveelste marathon of juist een ander gerelateerd hardlooponderwerp? Dat kan! Hardloopnetwerk plaatst altijd de leukste verhalen op onze website.
Stuur hier jouw verhaal in.
Foto: PR Rick Salome